zaterdag 27 maart 2021

 1933 - 1935: Union 60

Joseph Mariënstadion, Vorst - © Nico Dewaele

        Bijna een halve eeuw (48 jaar) moest Union Sint-Gillis wachten om terug te keren naar de hoogste klasse van het Belgische voetbal. Het wordt uitkijken naar de komst van het Stamnummer 10, de ploeg met misschien wel het meest iconische stadion van het land, houder van 11 landstitels maar vooral ook de ploeg die het op een bepaald moment klaar speelde om 60 competitiewedstrijden na elkaar ongeslagen te blijven: Union 60!

    Na een slecht seizoen 1931-1932, waarin maar nipt de degradatie werd vermeden, sloot Union Sint-Gillis het jaar 1932 af met een vernederende 4-1 nederlaag tegen Beerschot.

        Volgens de overlevering zat voorzitter Joseph Mariën in zak en as. Jules Pappaert, de iconische aanvoerder van de blauw-gelen, beloofde zijn voorzitter dat seizoen niet meer te verliezen. De spelers hielden hun woord en stoomden door naar de landstitel. De belofte van Pappaert zou uitmonden in de legendarische reeks van 60 ongeslagen wedstrijden tussen 1933 en 1935.

© Union 1897 - Les Archives

        Mariën zou zelf de Union 60 niet meemaken. De man liet het leven in 1933 op de dag van de derby tegen Racing Bruxelles. Enkele maanden later herdoopte Union hun tempel tot het Joseph Mariënstadion, dat intussen plaats had voor zo'n 44.000 fans. Joseph Mariën kreeg een monument, dat nog steeds te vinden is diep in de coulissen onder de eretribune. 

        Op 3 februari 1935 werd met een 7‑0 overwinning tegen Cercle Brugge het magische getal van zestig wedstrijden zonder nederlaag bereikt. Erfvijand Daring brak de reeks een week later met een 2‑0 zege af. ‘Union 60’ werd een nationaal begrip. 

        Sinds 1953 wordt de Trofee Jules Pappaert jaarlijks uitgereikt aan de ploeg die het langst ongeslagen blijft. 

 3 februari 1907: Afgelastingen anno 1907

Station Luik - postkaart uit eigen collectie

        Daar kan Club Brugge over meespreken in verband met een verplaatsing in 1907. Die dag moesten de spelers om 6 uur ‘s morgens de trein nemen voor de match tegen FC Luik. Eens ter plaatse aangekomen moest de Brugse delegatie vast stellen hoe het speelveld er ondergesneeuwd bij lag en scheidsrechter Frank König en de spelers van FC Luik niet kwamen opdagen. Club werd blijkbaar niet tijdig ingelicht en na een hele ochtend verkleumd in een ijskoude treincoupé bij elkaar gezeten te hebben moesten ze onverrichter zake terug afdruipen met het ‘fijne’ vooruitzicht om pas rond tien uur ’s avonds terug aan te komen in Brugge. Waarna sommigen, zoals bijvoorbeeld Hector 'Torten' Goetinck, nog in hun dorpje ergens aan de kust of op het platteland moesten geraken…

 1902: Bouw van de eerste betonnen tribune op het Europese continent - De Ganzenvijver, Ukkel

© Nico Dewaele

        Het knusse Stade du Vivier d’Oie, oftewel De Ganzenvijver is een echt voetbalmonument. Racing Club de Bruxelles, 'Den Racing' zoals de club bij de Nederlands sprekende Brusselaars genoemd werd, bouwde er een unicum. De tribune is namelijk de eerste betonnen tribune op het Europees continent en biedt plaats aan maar liefst 800 man.

© Nico Dewaele

        De ingang van het stadion zou de naam Avenue de Racing krijgen en een prachtige praalpoort zou iedere bezoeker erop duiden dat hij of zij het stadion van Racing bezocht, één van de absolute grootheden van het Belgische voetbal uit die tijd.



         Op 1 mei 1904 vormde het stadion het decor voor de allereerste voetbalinterland tussen twee onafhankelijke Europese landen ooit. België en Frankrijk hielden elkaar met 3-3 in evenwicht. De eerste goal in die wedstrijd werd gemaakt door Georges Queritet. Op de tribune van dat stadion werden de fundamenten gelegd voor de FIFA. Op 21 mei 1904 werd de Wereldvoetbalbond opgericht door België en Frankrijk en vijf andere landen.

        Het voetbalveld is ondertussen vervangen een hockeyveld, de staanplaatsen door tennisvelden en toch voel je hier nog de sfeer van de grote dagen. Gelukkig zijn de oude tribune en de praalpoort gespaard gebleven. Ze werden in 2010 uitgeroepen tot nationaal monument.

© Nico Dewaele


 1863: De eerste sporen van voetbal in België - Jozefietencollege Melle


© Nico Dewaele

        De eerste sporen van voetbal in België leiden naar dit Jozefietencollege in het Oost Vlaamse Melle. Het college met internationale aantrekkingskracht richtte zich quo opleidingsprogramma vooral op de opleiding tot handelaars en industriëlen. Leerlingen uit alle hoeken van de wereld liepen er school. Tussen 1837 (het ontstaan van het college) en 1910 volgden niet minder dan 213 Ieren en Engelsen er lessen.

        Het was de Ierse student Cyril Bernard Morrogh die in 1863 met een lederen voetbal onder de arm het college kwam binnengewandeld en hier ook voetbal wilde spelen zoals hij dat thuis deed. Enkele medestudenten zorgden voor een enthousiast onthaal en zo ging de bal letterlijk en figuurlijk aan het rollen. Dankzij de steun van de paters werd dit spel vlug populair. Zelfs uit de omliggende dorpen kwam men kijken naar dit vreemde fenomeen. 

        Oud leerlingen van het college waren later betrokken bij de oprichting van heel wat voetbalclubs en van de Belgische voetbalbond.


© Nico Dewaele





  

woensdag 8 mei 2024 (V-Day 2024) Herdenking AS Oostende speler Georges Hinderijckx naar aanleiding van de bevrijding in 19...